Woordenschat oefenen groep 4 (les 21a )

  
woordenschat

A. Wat is het goede woord?
Kies uit: zaal - woud - wieg - werf - vloot - warenhuis - terp - steeg - puppy - plantsoen
1. een jong hondje
2. een smal straatje
3. een grote winkel waar bijna alles te koop is
4. een heleboel schepen bij elkaar
5. een grote ruimte in een gebouw
6. een heel groot bos
7. een bedje voor een baby
8. een plaats waar schepen gemaakt worden
9. een klein park
10. een heuvel die voor mensen is gemaakt