volgende
=>
Woordenschat oefenen groep 4 ( les 4a )
A. Maak er één woord van.
Met een stukje voor de streep en een stukje achter de streep maak je een goed woord.
voor
/ wagen
de voordeur
wal
/ piet
de
vracht / land
de
wed / beer
de
vuur /
deur
het
ijs / strijd
de
waag / schaal
de
zeil /
vis
de
weeg / hals
de
zeur / pad
de
wei / werk
het
zebra / boot
het
B. Kies een woord uit les A.
een
is wit
een
is het grootste dier van de wereld.
met een
kan je wegen
met een
kun je zeilen
wie gevaarlijke dingen doet is een
wie vaakt zeurt is een
controleer
Hint
OK
volgende
=>