Staal spelling - groep 7 blok 5 blz 68 werkwoorden

  
..Staal spelling..


Schrijf de zin in de verleden tijd.
verleden tijd
De hond begeleidt de blinde man. De hond de blinde man.
Noa en Mees overnachten daar. Noa en Mees daar.
De coureur test de auto.De coureur de auto.
De autolichten verblinden mij. De autolichten mij.
Het vergrootglas vergroot het insect. Het vergrootglas het insect.
De agenten beboeten de fietsers. De agenten de fietsers.


Kijk naar het hele werkwoord en vul in.
tegenwoordige tijd verleden tijd
vergulden De edelsmid het sieraad. verguldde
bekijken De astronoom de sterrenhemel.
vormen Vele lagen sneeuw samen een gletsjer.
downloadenDe cliënt een groot bestand.
verkorten De schrijver van het script de film.
vlooien De apen elkaar om de beurt.


Schrijf het werkwoord in de zin.
vastbinden Joost bindt zijn tas vast aan zijn fiets.
afsnijden je een stukje kaas voor me ?
aanbraden Zij het vlees in de hapjespan.
vasthouden je je spullen goed ?
omkleden Hij zich , voordat hij gaat zwemmen.
rondrijden Evert in de stad?