Staal groep 4 spelling 8 eer- oor - eur- woorden

  
..Staal groep 4

Kies uit :
smeert - geur - zeurt - heer - teer - poort - scheert - voordeur - scheur - eerst - hoor - keer - vooraan - veer - boort - spoorweg - peer
Hij zijn boterham.
De zit op slot, maar de naar de tuin is open.
Hij wel vaker om een ijsje.
Er zit een in mijn broek, ik ben gevallen.
Ik heb gewonnen, ik was het over de streep.
Ik ruik een heerlijke .
Ik niet zo goed, mijn oor zit dicht.
Ik heb een van een pauw gevonden.
Wat heb je liever een appel of een ?
Mijn vader zich iedere morgen.
De is hetzelfde als een spoorlijn.
Ik ken de tafels. Vier vijf is twintig. Ik weet er nog veel meer.
Pas op! Dat glas is heel , het breekt gemakkelijk.
Die meneer gedraagt zich als een echte in het verkeer.
Hij een gat in de muur.
Ik liep in de rij samen met de juf.
smeert - geur - zeurt - heer - teer - poort - scheert - voordeur - scheur - eerst - hoor - keer - vooraan - veer - boort - spoorweg - peer