volgende
=>
Staal spelling - groep 8 blok 4 blz 80 werkwoorden
Schrijf het
voltooid deelwoord
in de zin.
inwisselen
Ik heb het lootje
.
opeten
Heeft Jennifer de hele cake
?
inloten
We zijn
!
uitzwaaien
Opa en oma hebben ons
.
aankomen
Zijn jullie op tijd
?
weggaan
De vrouw was al vroeg
.
Schrijf de zin in de
voltooide tijd
. Schrijf dan de zin in de
gebiedende wijs
op.
Hij knapte het huis op.
Mies pakte de emmer aan.
.
.
!
!
Wij ruimden de kamer op.
Dave veegde het stof op.
.
.
!
!
Schrijf het woord op. Schrijf ook het
werkwoord
in de
verleden tijd
op.
de kip
de boer
ik
de kip
de boer
ik
het vuur
je moeder?
jij
het vuur
je moeder?
jij
Schrijf de goede vorm van het werkwoord in de zin.
stranden
het schip?
waden
hij door het water?
landen
het toestel gisteravond?
kneuzen
Ik heb mijn pols
.
lijden
Hij
pijn.
controleer
Hint
OK
volgende
=>