Spelling - groep 7 nummer 712 W

  
..Spelling..

Schrijf de werkwoorden in de verleden tijd.
Ik mix de eieren door het cakebeslag. ..
Jan schuift de tafel opzij.
De automobilist onderschat de snelheid van de fietser.
Iris bereidt het avondeten.
Mandy werpt de basketbal in de basket.
Hij verbaast me steeds weer.
Mijn oom schildert de houten kozijnen.
Tom verklapt de verrassing.


Schrijf de zin in de gebiedende wijs.
Jij wordt de snelste. de snelste!
Je vindt een etui. je etui !
Jij verwacht niet te veel. niet te veel!
Jij rijdt maximaal 50 kilometer per uur. maximaal 50 kilometer per uur!
Jij beantwoordt alle vragen. alle vragen!
Jij aanvaardt de conclusie. de conclusie!
Jij verplicht hem tot niets. hem tot niets!


Schrijf de goede vorm van het werkwoord vinden in de zin.
Vorige week mijn nichtje een klavertje vier...
je oma gele rozen mooi?
je die mooie lelies lekker ruiken?
Ik kievitsbloemen in het park .
Waarom ik die kievitsbloemen zo prachtig?
Hij de kastanjeboom te groot worden voor de tuin.